De echte start

Sunday, January 29, 2017
Placencia, Stann Creek, Belize
Woensdag 25 januari, we zijn weer vroeg op en onze plannen zijn duidelijk, we vertrekken maar nu met de Lonely Planet. We laden nog een derde kaart in mijn Ipad, zodat we drie back-ups hebben als het electrisch circuit mocht uitvallen. We worden nog even door onze Duitse buurvrouw met haar Ovni 43 uitgezwaaid terwijlwij al onze fenders en lijnen om kwart over acht binnen halen. We hebben de wind tegen , dus geen zeil, maar dat geeft ook even rust om ons heen te kijken terwijl we de Meanderende Rio Dulce afstromen. Wat een mooie begroeiing langs de waterkanten, aalschovers en zilverreigers in de bomen en om het een tropisch karakter te geven de steeds uitstekende palmbomen en niet te vergeten mangroven die met hun luchtwortels alles nog exotischer maken. De slanke rivier taxi's oorspronkelijk afgeleid van de orginele cayuca kris krassen op hoge snelheid door het water, maar ook de oorspronkelijke houten ( uit een boom gesneden) vinden we terug en bijna altijd met een peddelende moeder en dochter of een visser die met een sierlijke gebaar zijn net uitwerpt en zijn vis opvangt in het water op de bodem van zijn boot. Het zou me niets verbazen als deze vaarders allemaal afstammen van de Maya Indianen populatie die heel Zuid en Midden Amerika langgeleden hebben bevolkt en een cultuur hadden die tot zeer grote hoogte was gestegen, voordat deze civilisatie weer ten onder ging. Wat is de natuur hier overweldigend! Boven ons zien we af en toe gieren cirkelen met een vleugellengte van minstens een meter of komt een stoet pelikanen langs en zitten er twee rustig te wachten bij een visser die hen vermoedelijk af en toe wat toegooit, en draaien we ons om als Wim een schildpad ontwaart met alleen z’n kop boven water. Er zijn geen grote gebouwen of hotels aan de kant maar heel sympathieke optrekjes met orginele dakbedekking uit de tijd van de Mayas met vernuftige lucht suizen in de hoogste punt van het dak waardoor het aangenaam vertoeven is onder zon bladerdak.

We ervaren voor het eerst het sturen van de boot met een stuurwiel in plaats van een helmstok die altijd de druk op het roer laat voelen, even onwennig maar het leert snel zo’n geolied stuurwiel die je met je pink laat draaien. Rond 11.00 uur draaien we een baai in waar Wim en Mathilde vaker zijn geweest en laten het anker vallen. De zon schijnt heftig op onze hoofden en dan is er maar een uitweg het water in. Na drie rondjes om de boot en je even afspoelen zijn we weer hele maal verfrist en gaan we op zoek naar een restaurantje in de bijboot. In de middag gaan we naar een vulkanisch gebied waar we ondanks de 30 graden een thermisch warm bad nemen, de grotten en sauna bekijken en en passant nemen we nog een grote leguaan die zich hoog in de boom over zeer dunne takjes bewoog op zoek naar insecten. Ook dat doen we met de bijboot, we stuiven over breed water en doen heel voorzichtig in kreekjes waar af en toe huisjes te ontwaren zijn aan de waterkant die een inkijkje geven in het primitieve leven wat hier geleefd wordt. Terug pakken we met de bijboot nog twee mooie kreekjes en genieten van de schitterend gekleurde vogels in bruin, paars en zelfs een ijsvogel en wel in dit klimaat. De zon kleurt alweer de hemel oranje als Wim zijn brood aan het bakken is en wij ons naar binnen begeven voordat de muskieten de eerste aanval inzetten.

Donderdag 26 januari , we liggen in de Taxen bay volledig omgeven door mist, alles is drijfnat op het dek, maar langzamerhand zien we meer details, geen reden om te wachten voordat de mist is opgetrokken. Ons doel is Livingston, Port of entry waar je in en uit kunt klaren, zo’n twee uur varen voor ons. De mist is eigenlijk een fantastisch gezicht de jungle gesluierd in mistflarden terwijl de zilverreigers en pelikanen hun bomen verlaten om over het water te scheren opzoek naar een visje. Zij niet alleen, de lokale bevolking die in kleine groepjes geklusteerd langs de rivier hun optrekjes met bladeren daken hebben, vissen in hun cayuca met werpnet hun dagelijkse vis kostje te vergaren. Er is een prachtige symbiose tussen de vissers en de pelikanen, de meeste cayuca’s hebben twee of meer pelikanen om zich heen om mee te genieten van de vis die weer over boord gaan. Ondertussen wordt de Rio Dulce steeds smaller en de wanden hoger, op de kaart lijkt het wel een beetje op het kanaal van Korinthe, maar de wanden zijn daar kaal, maar hier is alles weelderig begroeid tot hoog in de bergen. Wat een mooi gezicht die mangroven en hun luchtwortels. Onder tussen liften op de railing zwart witte   zwaluwen mee en heel langzamerhand klaart de mist op. De Rio Dulce wordt steeds smaller , de zilverreiger, aalscholver en pelikanen steeds meer uitbundiger, wat een paradijselijke omgeving . Ook hier is is het transport de beste manier over het water. Snelle moderne cayaca’s (launja) schieten ons met tien tallen passagiers voorbij richting Livingstone. En dan ontvouwt zich de oceaan voor ons, met een helder blauwe hemel en Livingstone aan bakboordzijde rijst op. We ankeren tussen twee schepen en gaan aan wal met de bijboot, meteen opgevangen door een groep van jongens die op onze bijboot willen passen, zoals het hier gebruikelijk is. Wim legt z’n bijboot toch nog maar op slot om een gerust gevoel te hebben terwijl we opzoek gaan naar Raoel, om uit te klaren. Livingstone is een levendig plaatsje, met vrouwen gezamenlijk aan de was. Raoel zit op z’n kantoor en gaat meteen aan de slag om onze uitklaring in orde te maken. Met een stapeltje paspoorten gaat hij naar de emigratie dienst en als hij terug komt is alles snel gesetteld na betaling van 75 dollar. We doen de laatste inkopen in Livingstone en pakken een heerlijke lunch mee met de vis die we hebben zien vangen, zodat we er de komende uren weer tegen kunnen. Onze laatste quetzal’s wisselen we bij de bank in voor dollars. De ingang van de Rio Dulce is aardig verzand vandaar dat we nog een uur moeten wachten op het stijgende water. Genoeg tijd om de boot zeilklaar te maken naar de overkant, eenmaal uitgeklaard dan moet je wegwezen! Gelukkig is Wim hier eerder geweest en weet hoe hij het moet aanpakken om zonder aan de grond te raken over de drempel heen te komen. De overkant met het schiereiland is net nog zichtbaar, de wind is tegen vandaar dat het motoren wordt. Na anderhalf uur komen we uit bij een weelderig begroeid peninsula met af en toe een kleine nederzetting van met bladeren bedekte huisjes. We gooien het anker uit en binnen een uur is het donker, plaatselijke tijd is dan 18.15 uur. Boven het oerwoud ontstijgen mistflarden die de ondergaande zon dooft in hun felheid en daardoor mooi te fotograferen is.

Opnieuw is het 6.00 uur (vrijdag 27 januari) als we opstaan, het lijkt bewolkt, maar al snel is de lucht geklaard. Wim duikt te water om zijn afvoer van het reservoir van zijn vuil water door te prikken, wat uiteindelijk lukt , een vieze klus als je zelf ook te water moet. Volgende keer ben ik de klos, maar hopen dat dat niet meer nodig is. We halen het anker op en varen langs de kust van het peninsula naar het vrije water om richting Belize te gaan. De wind draait een beetje en al snel worden de zeilen gezet, het grootzeil wordt uit de mast gerold en de genua al snel volledig uit gerold. Met 5 knopen en een bijna strakke zee gaan we noordwaarts, richting het vaste land van Belize . Op de kaart zien we tientallen eilandjes liggen en riffen die met stippels worden aangegeven, waar we dan ook met Wim op de voorplecht zeer voorzichtig omheen varen. Slechts een catamaran en een vrachtschip hebben onze weg gekruist als we omstreeks 14 uur Haven Bay binnenvaren, een groen omzoomde baai waar af en toe een pelikaan zich plotseling naar beneden stort om een visje te verschalken. Verder ligt hier geen schip, iets wat we niet zouden doen, net als verse sla eten, schepijs of ijsklontjes. Het zou zo maar kunnen dat Wim na zoveel jaar weet waar we wel en niet kunnen eten, onze malaria pil nemen we trouw in een ietwat andere koers dan Wim. We duiken in het blauwe water van ca 25 graden maar ook de temperatuur er boven mag er zijn (meer dan 30 graden).lineke2 .

Zaterdag 28 januari, de wolken boven ons zijn zwart en de wolken boven het vaste land zijn nog zwarter en daar valt ook de regen uit. We verwachten het ergste maar het zal niet komen. We hebben net het anker opgehaald als we begroet worden door een groep dolfijnen, zware jongens mag je wel zeggen, heel anders dan in de Middellandse zee, maar hier wordt dan ook vis gevangen als je naar het aantal pelikanen en aalscholvers kijkt. Voorzichtig ronden we het rif en zetten koers naar Plancia 25 mijl varen. Hier gaan we schuilen voor de Noordelijke wind die zondag nacht gaat komen. Dat zijn zware winden en hoge golven die we dan op de kop zouden hebben, en waar je niet in terecht moet komen als je een tegengestelde koers hebt. We wachten deze harde wind af in een kommetje dicht bij het plaatsje Placencia. Vandaag wordt het een dag op de motor want de wind is bijna tegen maar er is ook veel te weinig wind om te zeilen bij een betere koers. Dus ook tijd voor andere dingen. Onderweg oefenen we onder leiding van Wim de MOB ( de man over boord) actie waarbij we de life Tag activeren nadat Wim de fender overboord heeft gegooid. Het loopt nog niet vlekkeloos om de fender op te pikken, maar oefening baart kunst, dus wordt deze actie vervolgd. Alles aan het schip van Wim is zo nieuw voor ons dat we eerst onze reflexen van onze eigen boot over boord moeten leren zetten en dan de nieuwe ons eigen moeten maken, en dat valt niet altijd mee! Gelukkig is Wim geduldig dus eens gaat het wel goed komen. Bij het naderen van Placentia haalt Wim het gasten vlaggetje van Guatemala weg en hijst hij de gele vlag als teken dat we willen inklaren in Belize. Het laatste uur van onze tocht hebben we best al wat wind op onze kop, zou de Noordenwind zich al aandienen? Gelukkig is het niet het geval, rond 14.00 uur ankeren we in onze kom bij Placentia, l aten de bijboot zakken en gaan ter kennis making het plaatsje bekijken. In echte kleurrijke Caribbean stijl zijn de huizen hier opgetrokken, de hoofdstraat is een stoffige straat met tal van winkeltjes en de huizen staan hier dicht bij de kust op palen. Het prachtige witte strand doet vermoeden van een grote toeristische activiteit, maar blijkt een karig bestaansrecht te hebben. De reggae muziek klinkt over al. De koffie frappe, de cake, het schepijs en de rumpunch , we proeven er allemaal van, het is niet voor niet Paradise beach! Maar let op, het is geen Guatemala, de prijzen van alles zijn veel hoger dan in Nederland, hoe doet de lokale bevolking dit hier. Voorheen hadden we nog nooit van Belize gehoord, een land tussen Guatemala en Mexico, net als beide landen met als oorspronkelijke bewoners de Maya’s en later de indianen. Na Columbus was midden Amerika in Spaanse handen, maar toen vanuit Belize de piraterij die veilig hun gang konden gaan achter de mijlen lange riffen die ook wij vandaag en de komende dagen langs zullen varen, de Britten te gortig was, werd Belize een Britse kolonie. Toen Midden Amerika onafhankelijk werd, eisten Guatemala en Mexico meteen Belize op. Het duurde nog lang (1981) voordat Belize zijn echte onafhankelijkheid kreeg.. Belize is een smeltkroes van veel etnische groepen met Engels als voertaal in tegenstelling tot Guatemala en Mexico het Spaans en een parlementaire democratie gebaseerd op het Britse systeem.lineke3

Comments

Mathilde
2017-01-31

Erg leuk jullie verslag te lezen. Wim laat het er een beetje bij zitten. Goede vaart, geniet er van!

wim nobel
2017-01-31

Hoi Lineke, Peter en Wim

Wat een prachtig gebied bevaren jullie, schitterend.

Ben en Hanny
2017-02-01

Lieve vrienden
Wij hopen dat jullie nu weer volop kunnen genieten na die spannende start in Guatemala ,wij blijven jullie volgen en wensen jullie een behouden vaart!

Bob Tempelman
2017-02-01

Beste bemanning, via Peter ook een inkijk in jullie mooie Caribian zeiltocht gekregen. Zal me via de link op de hoogte houden. Keep on sailing. Wat een prachtige beelden en leuke tekst. Bob.

2025-02-16

Comment code: Ask author if the code is blank